Laaggeletterdheid

Laaggeletterdheid is niet hetzelfde als analfabetisme. Iemand die analfabeet of ongeletterd is, kan helemaal niet lezen en schrijven. Mensen die laaggeletterd zijn, kunnen wel lezen en schrijven maar hebben hier vaak moeite mee. Hierdoor kunnen zij moeilijk meedoen in de samenleving.

Ze hebben bijvoorbeeld moeite met het invullen van formulieren (zorgtoeslag, belastingaangifte etc.), ze kunnen reisinformatie niet goed lezen in het openbaar vervoer, hebben moeite met pinnen, werken met een computer en solliciteren. Bovendien begrijpen ze vaak belangrijke informatie over gezondheid en zorg niet of niet goed.

Mensen die niet goed kunnen lezen en schrijven, begrijpen veel informatie niet (goed). Als je informatie niet goed begrijpt, is het moeilijker om dingen zelf te regelen.

Laaggeletterdheid valt vaak niet goed op, omdat mensen zich ervoor schamen en hun probleem verbergen. Vaak laten ze lezen en schrijven over aan hun partner, kinderen, familie of vrienden. Ze zeggen bijvoorbeeld: “Ik ben mijn bril vergeten”, “Ik kan niet goed met de computer omgaan” of “Ik vul het formulier thuis wel in”. Als iemand vaak zulke excuses gebruikt, heeft hij of zij waarschijnlijk moeite met lezen en schrijven.

Vermoedt u dat iemand moeite heeft met lezen en schrijven? Ga dan het gesprek met hem of haar aan. Deze persoon durft misschien niet zelf om hulp te vragen. Daarom is uw steun heel belangrijk. 

Vertel dat hij of zij zich niet hoeft te schamen en dat je nooit te oud bent om te leren. Wanneer u merkt dat iemand moeite heeft met taal, moedig hem of haar dan aan om hulp te zoeken.